Aanleg natuureiland en luwe zone voor soorten is mitigatie en betreft doeltreffende maatregel

Wet natuurbescherming

 

In deze flits wordt slechts ingegaan op het onderdeel natuur uit de omvangrijke uitspraak van de AbRvS van 11 juli 2018, ECLI:NL:RVS:2018:2339, die betrekking heeft op het Inpassingsplan Windpark “Fryslân” en op de daar bijbehorende coördinatiebesluiten. De gronden waarop het windpark is voorzien liggen in het Natura 2000-gebied IJsselmeer. In de passende beoordeling staat dat tijdens de exploitatie van het windpark aanvaringsslachtoffers kunnen vallen onder beschermde vogelsoorten.  De Afdeling houdt in deze uitspraak overigens (met uitgebreide overwegingen) vast aan het zogenaamde 1%-criterium dat inhoudt dat bij een mortaliteit van minder dan 1% van de natuurlijke sterfte geen kans is op belangrijke nadelige gevolgen.

 

Voor de exploitatiefase is in de passende beoordeling voor vier soorten, te weten grote zaagbek, fuut, dwergmeeuw en zwarte stern, vastgesteld dat gelet op de daarvoor geformuleerde instandhoudingsdoelstelling negatieve effecten niet met zekerheid kunnen worden uitgesloten. Die negatieve effecten zijn uit te sluiten indien het werk- en natuureiland met een luwe zone als vooroever worden aangelegd. Betoogt wordt dat het eiland ten onrechte als mitigerende maatregel is aangemerkt. Verder bestaat volgens appellanten onvoldoende zekerheid over het effect van de aanleg van het natuureiland. Onzeker is bijvoorbeeld welke natuurwaarden zich op het eiland zullen ontwikkelen.

De Afdeling gaat eerst uitgebreid in op de arresten Briels en Orléans en op het arrest Kolencentrale Moorburg en overweegt dan als volgt. In dit geval gaat het om habitats van soorten. In de passende beoordeling is onderzocht of het werk- en natuureiland en de luwe zone als vooroever de negatieve effecten vanwege het windpark waar het gaat om de gevolgen van verlies van rust- en foerageergebied van zwarte stern en fuut, kunnen wegnemen en dusdoende aantasting van de natuurlijke kenmerken van het gebied met het oog op behoud en uitbreiding van deze vogelsoorten kan worden voorkomen. De Afdeling is van oordeel dat deze maatregel kwalificeert als een mitigerende maatregel. Van belang is immers dat wordt verzekerd dat het gebied ondanks de gevolgen van het project voor de omvang en kwaliteit voldoende draagkracht behoudt voor het in de doelstelling genoemde aantal vogels.

Resteert de vraag of de gekozen maatregel doeltreffend is.

Voor de zwarte stern dient het eiland als extra rustplaats. In artikel 7.2 en 7.3.1 van de planregels is voorzien dat het eiland overeenkomstig het bij de planregels behorende Mitigatieplan wordt ingericht als natuureiland vóórdat het windpark in exploitatie wordt genomen. Gelet hierop is de Afdeling van oordeel dat de functionaliteit van het eiland vóór de exploitatiefase van het windpark voor de zwarte stern is geborgd. In aanmerking genomen dat het hier gaat om de functionaliteit als rustplaats, acht de Afdeling niet beslissend of op dat moment ook overige alle overige voorziene natuurwaarden zullen zijn gerealiseerd.

Met een luwe zone als vooroever wordt het foerageergebied van de fuut kwalitatief verbeterd. De effectiviteit van deze maatregel is door appellanten niet bestreden. Hun bezwaar ziet ook hier op de borging van deze maatregel vóór de exploitatiefase. Als gezegd voorzien de planregels en het bijbehorende Mitigatieplan erin dat de luwe zone als vooroever wordt gerealiseerd bij de aanleg van het plan. Dit betekent dat die zone al tijdens de bouwtijd van het windpark door waterplanten en vissen wordt gekoloniseerd. Als gevolg daarvan ontstaat een groter voedselaanbod voor de fuut. In de passende beoordeling staat dat monitoring van ondiepe zones elders laat zien dat het aantal vissen en visbiomassa groter is dan verwacht. De Afdeling acht hiermee de functionaliteit van de luwe zone als vooroever vóór de exploitatiefase van het windpark voor de fuut geborgd.

Op grond van het vorenstaande stelt de Afdeling vast dat de passende beoordeling definitieve bevindingen bevat over de doeltreffendheid van de maatregel zoals vereist in het arrest Kolencentrale Moorburg.

Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Susan