Externe saldering en art. 19 j, vijfde lid Nbw 98

Wet natuurbescherming

 

In de uitspraak van de Voorzieningenrechter van de AbRvS van 4 april 2016, nr. 201600623/2/R2 is een bestemmingsplan vastgesteld en een omgevingsvergunning verleend voor onder meer het bouwen van een melkveebedrijf met bedrijfswoning. De besluiten zijn gecoördineerd voorbereid en bekendgemaakt.

Appellanten brengen naar voren dat de passende beoordeling, die in het kader van het bestemmingsplan is gemaakt, onjuist en onvolledig is. In de passende beoordeling is rekening gehouden met externe saldering, terwijl bij de stukken niet de overeenkomsten zijn gevoegd waarbij de stikstofemissie van de salderingsbedrijven op de betreffende locaties is overgenomen. Het is niet duidelijk op welk moment die overeenkomsten zijn gesloten en op welk moment en in welke omvang ammoniakemissie is overgedragen.

 

De Afdeling verwijst naar haar uitspraak van 13 november 2013 in zaak nrs. 201303243/1/R2, 201303324/1/R2, 201303514/1/R2 en 201303816/1/R2, op basis waarvan externe saldering alleen kan met stikstofdeposities die nog aanwezig waren of konden zijn tot het moment van intrekking van de milieuvergunning of het sluiten van de overeenkomst over de overname van de stikstofdepositie ten behoeve van de uitbreiding van het saldo-ontvangende bedrijf (in dit geval oprichting van het saldo-ontvangende bedrijf). Dat is volgens de Afdeling in die uitspraak het geval als de hervatting van het bedrijf mogelijk is zonder dat daarvoor een vergunning op grond van artikel 19d, eerste lid, van de Nbw 1998 voor de realisering van een project, is vereist. Aan de hand van de beschikbare stukken kan dit evenwel niet worden vastgesteld cq. wordt dit betwijfeld omdat een van de bedrijven feitelijk niet meer aanwezig was. De bestreden besluiten worden geschorst.

Noemenswaardig is nog het (niet vaak voorkomende) beroep dat de vergunninghouder in deze zaak heeft gedaan op art. 19 j, vijfde lid Nbw 98. Gesteld werd dat geen passende beoordeling meer behoefde te worden gemaakt omdat reeds een passende beoordeling was gemaakt voor de al eerder verleende Nbw vergunning. Dit artikel is alleen van toepassing als de nieuwe passende beoordeling redelijkerwijze geen nieuwe gegevens en inzichten kann opleveren omtrent de significante effecten van het plan. In deze zaak is hiervan geen sprake omdat het gaat om verschillende huisvestingssystemen met mogelijk verschillende emissies.