Herinrichting Vliegbasis Woensdrecht, driemaal is vliegrecht

 

Deze week is in twee zaken uitspraak gedaan over twee verleende natuurvergunningen die betrekking hebben op de vliegbasis Woensdrecht. 

De vergunde activiteit in de ene zaak (202104225/1/R2) omvat het grondgebonden en het luchtgebonden gebruik van de vliegbasis. Deze natuurvergunning heeft geen betrekking op de realisatie en het in gebruik hebben van een motorenwerkplaats en een testcell voor het onderhoud van de F135 vliegtuigmotor. Daarvoor is een aparte natuurvergunning verleend, die aan de orde is in de uitspraak in zaaknummer 202104241/1/R2.

 

In de eerst genoemde procedure gaat het over de gevolgen van stikstofdepositie op enkele Natura 2000-gebieden door de toename van verkeer als gevolg van de aanleg en het gebruik van voorzieningen voor drie nieuwe activiteiten.

De rechtbank heeft de beslissing op bezwaar vernietigd, omdat bij de berekening van stikstofdepositie door wegverkeer een afstandsgrens van 3 kilometer is toegepast. Die afstandsgrens is onverbindend geacht door de Afdeling (zie de tussenuitspraak van 20 januari 2021, ECLI:NL:RVS:2021:105, onder 68.3). Deze uitspraak wordt geaccordeerd door de Afdeling ondanks een rapport van Royal Haskoning dat te onzeker is.

Ter uitvoering van de uitspraak van de rechtbank is een nieuwe beslissing op bezwaar genomen. Aan dat besluit ligt een nieuw rapport ten grondslag waarin de toename van verkeersbewegingen is gecorrigeerd omdat destijds sprake was van een forse overschatting (een toename van 40%).

De Afdeling overweegt dat voor de vraag of het geactualiseerde stikstofonderzoek ten grondslag kan worden gelegd aan het nadere besluit van belang is of de uitgangspunten waarop het onderzoek is gebaseerd reëel en aannemelijk zijn (vergelijk de uitspraak van 24 november 2021, ECLI:NL:RVS:2021:2627, onder 27.1). Dat is slechts deels het geval omdat onvoldoende inzicht bestaat in de gehanteerde gegevens, waarna het bevoegde gezag deze (gedetailleerde) gegevens alsnóg heeft verstrekt.

Het gaat om de (verwachte) aantallen verkeersbewegingen door personeel en bezoekers, door testobjecten en vrachtverkeer van de betreffende faciliteiten. Verder heeft verweerder op de zitting toegelicht van welke personeelsbezetting is uitgegaan. In die aantallen is verdisconteerd dat er altijd enkele vacatures zijn. Bij het bepalen van de verkeersbewegingen is thuiswerken buiten beschouwing gelaten. De Afdeling accordeert nu de berekening en ziet aanleiding om de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand te laten.

Maar dan de tweede zaak van 6 september 2023 voor de separatie natuur vergunning. Ingewikkeld is dat de activiteiten waarmee wordt gesaldeerd onderdeel zijn van de natuurvergunning voor de herinrichting van vliegbasis.

De Afdeling heeft in de uitspraak van 12 december 2012, ECLI:NL:RVS:2012:BY5858, over de eerste vergunning voor de herinrichting van vliegbasis Woensdrecht, in 5.2 overwogen dat de aanleg, oprichting en exploitatie van de vliegbasis een project is en dat de wijziging of uitbreiding van een vliegbasis en de daarmee samenhangende gewijzigde exploitatie eveneens een project is.

De Afdeling is in deze zaak van oordeel dat de rechtbank terecht heeft overwogen dat de samenhang en de samenloop van beide vergunningprocedures voor activiteiten op de vliegbasis Woensdrecht meebrengen dat een eventuele toename van stikstofdepositie van beide ontwikkelingen in samenhang met elkaar moeten worden beoordeeld.

Naar het oordeel van de Afdeling heeft de rechtbank daarom terecht geoordeeld dat de vernietiging van de vergunning voor de herinrichting en het gebruik van de vliegbasis, leidt tot de vernietiging van de vergunning voor de motorenwerkplaats en testcell.

De natuurvergunning voor de herinrichting en het gebruik van de vliegbasis vormt de referentiesituatie voor de natuurvergunning voor de motorenwerkplaats en de testcell. De wijziging van het project is zelf een project en wijzigt in feite de natuurvergunning voor de herinrichting en het gebruik van de vliegbasis. Die wijziging houdt in dat de er twee nieuwe faciliteiten op het terrein van de vliegbasis worden vergund en dat andere, eerder vergunde activiteiten worden beperkt. Deze beperking kan worden geduid als intern salderen. De overwegingen over de vraag of intern gesaldeerd kan worden in deze uitspraak zijn ook interessant. De Afdeling komt overigens niet toe aan de uitspraken van de rechtbank Oost-Brabant 8 december 2021, ECLI:NL:RBOBR:2021:6389 (Amercentrale) en van 21 januari 2022, ECLI:NL:RBOBR:2022:192 (Rendac) waarin een nuancering is aangebracht op de rechtspraak van de Afdeling over intern salderen. Volgens die uitspraken mag er met onderdelen die niet zijn gerealiseerd of activiteiten die niet of niet meer worden uitgevoerd en waarvoor een nieuwe omgevingsvergunning of natuurvergunning noodzakelijk is om deze alsnog te realiseren of te hervatten, alleen intern gesaldeerd worden als de gevolgen van die onderdelen of activiteiten eerder passend zijn beoordeeld. Het is nog afwachten of de Afdeling meegaat met deze strengere lijn.